Uitsluiten opschortingsrecht
Een beroep op het opschortingsrecht houdt in dat men het nakomen van een bepaalde verplichting rechtmatig kan uitstellen. Bijvoorbeeld het wachten met leveren omdat de wederpartij nog niet heeft betaald. Om een beroep op opschorting te doen moet er wel aan enkele voorwaarden zijn voldaan:
- De partij die zich beroept op het opschortingsrecht moet een opeisbare vordering hebben op zijn wederpartij.
- De wederpartij komt haar verplichting niet na.
- De verplichtingen van beide partijen staan tegenover elkaar of hebben voldoende samenhang.
- De omvang van de opschorting staat in proportionele verhouding tot de verplichting van de wederpartij.
Een beroep op het opschortingsrecht leidt er niet toe dat de verplichting van de opschortende partij vervalt. Wanneer de wederpartij aan zijn verplichting voldoet, dient de opschortende partij ook zijn verplichting na te komen.
Het opschortingsrecht uitsluiten
Het opschortingsrecht kan contractueel uitgesloten worden. Dit kan echter niet als een van de partijen bij de overeenkomst een consument is. Het opschortingsrecht uitsluiten kan alleen als bedrijven onderling met elkaar contracteren. Wanneer je het opschortingsrecht niet contractueel uitsluit gelden de wettelijke voorwaarden. Wel zijn deze van regelend recht, waardoor er dus van af kan worden geweken. Het uitsluiten van het opschortingsrecht kan zowel in de algemene voorwaarden als in de betreffende overeenkomst zelf.
Wees er dus bedacht op dat jouw wederpartij het opschortingsrecht mogelijk heeft uitgesloten. Als je het opschortingsrecht zelf wil uitsluiten: doe dit dan alleen in de juiste situaties.