Inbedding van een zzp’er in de organisatie: Nieuwe nuance in beoordeling schijnzelfstandigheid
Download checklist
Download checklist
De regels rondom schijnzelfstandigheid worden sinds januari 2025 strenger gehandhaafd, check voor meer informatie ons artikel over de Wet DBA.
Waar we eerst uitgingen van de 10, door de Belastingdienst, opgestelde criteria heeft voor het eerst een rechter zich uitgesproken over de kwestie. Naar aanleiding van deze zaak is er een belangrijke nuance in de beoordeling van de inbedding van de zzp’er in de organisatie.
In het oude uitgangspunt werd er als één van de criteria voor schijnzelfstandigheid gekeken naar twee soorten inbedding:
Bij het eerste criterium werd er gekeken naar de mate waarin de zzp’er een kernactiviteit van de organisatie uitvoert. Dit betekende dat een marketingbureau bijvoorbeeld geen zelfstandige marketeer kon inhuren zonder risico op schijnzelfstandigheid.
In de recente nuance valt criterium 1 voor inbedding weg en wordt er enkel nog gekeken naar criterium 2: de mate waarin de zzp’er als persoon is ingebed in de organisatie.
Zzp’ers mogen als persoon niet ingebed zijn in de organisatie. Dit betekent onder andere dat een zelfstandige:
In plaats van dat zowel de inbedding van de werkzaamheden als de inbedding van de zzp’er in de organisatie meespeelt in de beoordeling voor schijnzelfstandigheid, wordt er nu dus enkel nog gekeken naar het tweede aspect: de inbedding van de zzp’er in de organisatie.
Dit betekent dat het uitvoeren van een kernactiviteit bij een organisatie op zichzelf niet automatisch meer een indicatie van mogelijke schijnzelfstandigheid is. Een zelfstandig marketeer kan dus in theorie wél voor een marketingbureau werken, zolang deze maar duidelijk zelfstandig opereert en niet wordt behandeld als een interne medewerker.
Voor opdrachtgevers betekent deze wijziging dat ze hun samenwerking met zzp’ers opnieuw moeten evalueren. Het is belangrijk om te voorkomen dat zelfstandigen te veel worden opgenomen in de bedrijfscultuur en faciliteiten. Dit kan betekenen dat sommige gewoonten moeten worden aangepast, zoals het gebruik van interne systemen, het voeren van voortgangsgesprekken en het vermelden van de zzp’er op de teampagina van de website.
Voor zzp’ers betekent het dat ze goed moeten opletten hoe ze zich presenteren binnen een organisatie bij de uitvoering van een opdracht. Werken vanuit een eigen e-mailadres, geen gebruik maken van interne faciliteiten en een duidelijke eigen positionering kunnen helpen om het zelfstandige karakter van de samenwerking te benadrukken.
Is er bij jou wel of geen sprake van schijnzelfstandigheid? Download onze checklist of neem contact op met één van onze arbeidsrechtjuristen voor inzicht in jouw situatie.
Hulp nodig?
Neem contact op
Voorkom schijnzelfstandigheid
Checklist schijnzelfstandigheid